Beeld en geluid
Foto en video
Computers
Refurbished
Software
Dierenbenodigdheden
Drogisterij
Parfum en cosmetica
Elektronica
Componenten
Games
Speelgoed
Feestartikelen
Hobby
Knutselen
Modelbouw
Kabels en adapters
Kleding
Schoenen
Tassen en koffers
Koken en tafelen
Keuken apparatuur
Horeca
Muziek en film
Muziekinstrumenten
Parfum en cosmetica
Persoonlijke verzorging
Parfum en cosmetica
Schoenen
Kleding
Tassen en koffers
Games
Speelgoed
Feestartikelen
Wasssen en drogen
Wonen, woonaccessoires
Kerst
Meubels
Verlichting
Fabrikant: | |
---|---|
EAN-code: | 9789031373789 |
Onvrijwillige cliënten zijn personen of gezinnen die door maatschappelijk werkers (of andere hulpverleners) worden benaderd zonder dat ze zelf om hulp vragen. Sterker: soms wijzen ze hulp ronduit af. Dit boek maakt onderscheid tussen sociaal onvrijwillige en wettelijk onvrijwillige cliënten. In het ene geval is sprake van hulpverlening op basis van drang, in het andere is er een kader van dwang.Sinds het eerste verschijnen van dit boek (2001) is er veel ontwikkeld in de sfeer van onvrijwillige hulpverlening:outreachend werken, bemoeizorg, voorwaardelijke en gedwongen hulpverlening. Variaties en voorbeelden daarvan worden in deze herziene uitgave besproken. De schroom om naar mensen toe te stappen blijkt over de hele linie afgenomen: instellingen en professionals nemen hun verantwoordelijkheid. Ze komen daarmee voor indringende vragen te staan. Wanneer zelf het initiatief nemen? Op welke wijze contact leggen, en hoe zo contact te leggen dat de beoogde cliënten actief gaan participeren aan de hulpverlening?Hulpverlenen met drang en dwang mag dan in bepaalde gevallen beschouwd worden als onontkoombaar en wenselijk, het blijft gaan om werken op het scherp van de snede. Wanneer is ingrijpen in de intieme leefsfeer van mensen te legitimeren?De keuzen die de maatschappelijk werker daarbij maakt moeten verantwoord kunnen worden: in ethische, methodische en juridische zin. Zorgvuldig hulpverlenen is hier een eerste vereiste. Dit geheel geactualiseerde boek laat zien wat daaronder wordt verstaan. Daarbij tekenen zich drie rode draden af. De eerste betreft het zogenoemde werken op twee sporen, dat enerzijds aansluit bij belangen en doelen zoals de cliënt die ziet en anderzijds bij die van de omgeving, waaronder het hulpverlenend systeem. Onderzoek en praktijkervaring wijzen uit dat het verbinden van en wisselen tussen die twee sporen juist bij het werken met onvrijwillige cliënten noodzaak is. De tweede rode draad vormt het thema motiveren. Motivatie om te participeren in een hulpverleningsproces is aanvankelijk bij onvrijwillige cliënten niet of nauwelijks aanwezig. Het is een fikse opgave voor hulpverleners om die motivatie te wekken en te richten. De derde rode draad is het streven om optimaal gebruik te maken van methodische instrumenten die bewezen effectief zijn.